Na zijn promotie in de rechten koos Andries Cornelis Dirk de Graeff voor een Indische carrière. Hij bekleedde verschillende functies binnen de Algemene Secretarie, was lid en later vicepresident van de Raad van Nederlands-Indië en werd, na een kort verblijf als buitengewoon gezant in Tokio en Washington, uiteindelijk benoemd tot gouverneur-generaal. Zijn regeerperiode (1926-1931), die gekenmerkt werd door een aantal schokkende gebeurtenissen, betekende het einde van de ethische politiek. De Graeff, aanhanger van de idealistische koers, werd fel bekritiseerd door de koloniale hardliners, die hem ervan beschuldigden met een 'mollig handje' op te treden tegen de opstandelingen. Gebruikmakend van de correspondentie tussen De Graeff en oud-gouverneur-generaal en oud-minister van Koloniën A.W.F. Idenburg beschrijft Herman Smit De Graeff als een landvoogd tussen twee vuren. Hoewel De Graeff streefde naar herstel van vertrouwen tussen overheersers en overheersten, was het resultaat van zijn optreden een vergroting van de kloof.
‘Dit boek beslaat niet het hele leven van De Graeff: het beperkt zich tot de periode van De Graeffs regering in Nederlands-Indië. Het is daarom geen volwaardige biografie, maar deze waardevolle bijdrage aan de geschiedschrijving van koloniaal Nederland vanuit een biografisch standpunt is voor geïnteresseerden zeker de moeite waard.’ Binne de Haan in: Geschiedenis Magazine 47 (2012) 2, p. 61
‘In de inleiding staat te lezen dat Smit het boek ook heeft geschreven op verzoek van mevrouw J.H.A. de Graeff-de Vroe, de schoondochter van de gouverneur-generaal. Zij meende dat haar schoonvader een beter lot verdiende dan de totale vergetelheid (blz 9). Deze opdracht heeft het boek wellicht wat gekleurd. In het voorlaatste hoofdstuk “Waardering” tracht Smit het beeld van De Graeff te verklaren. Hij sluit daarbij aan bij het algemene beeld dat hij daarvoor al schetste: De Graeff als bruggenbouwer die vermorzeld werd tussen de harde standpunten van de verschillende partijen. […] Deze “kleuring” is niet bezwaarlijk, hoewel een steviger tegengeluid het boek meer diepte had gegeven. Doordat Smit vele invalshoeken gebruikt, is het een rijk boek geworden, waarbij verschillende visies belicht worden. Tijdens het lezen moet men de aandacht evenwel niet laten verslappen, de vele dwarsverbanden eisen aanhoudende concentratie. Voor lezers met een diepere interesse in de koloniale geschiedenis van Indië is dit een interessant boek.’ S. Wubbolts-de Boer op: www.historischhuis.nl/recensies 26-03-2012
‘De tragiek van gouverneur-generaal De Graeff was dat hij een bruggenbouwer wilde zijn in een tijd waarin vrijwel niemand daar op zat te wachten. En hij werd – schrijft zijn biograaf Herman Smit in zijn genuanceerde studie Landvoogd tussen twee vuren – daarom ‘vermalen tussen koloniale reactionairen en Indonesische nationalisten’. Mark Loderichs in: Moesson 56 (2012) 11, p. 7
‘Serieuze publicaties over de laatste gouverneurs-generaals van Nederlands-Indië zijn schaars […]. Herman Smit (1934) verschaft met Landvoogd tussen twee vuren een solide grondslag voor een goed overzicht van en afgewogen oordeel over de ambtsperiode van A.C.D. de Graeff (1872-1957), die in de historische waardering tot nu toe meestal als een weifelmoedig en zelfs zwak bestuurder is omschreven. […] Smit vraagt zich tenslotte af of De Graeff inderdaad weifelmoedig en zwak was. Hij meent eerder dat De Graeff zijn achterhaalde idealen – zijn roeping – onmogelijk kon vervullen en dat zijn inzet daarvoor noodzakelijkerwijs moest stuklopen in een zigzagbeleid – en dat was de tragiek van zijn ambtsperiode.’ Harry A. Poeze in: Bijdragen tot Taal-, Land- en Volkenkunde168 (2012) 1, p. 166-168
‘Smit vraagt zich af of de beëindiging van de koloniale verhoudingen minder dramatisch verlopen zou zijn als de koers van De Graeff was gevolgd. “Zou het mogelijk zijn geweest dat Indonesiërs en Nederlanders in dat geval als vrienden uit elkaar zouden zijn gegaan en had de bittere strijd met zijn traumatische nasleep van tientallen jaren voorkomen kunnen worden?” ’ L. Vogelaar in: Reformatorisch Dagblad/PuntKomma 07-02-2012, p. 11
Tevens gesignaleerd in: Historisch Nieuwsblad 21 (2012) 1, p. 101 en Openbaar Bestuur 22 (2012) 1, p. 19.