In mei 1751 dromde de bevolking van Breda samen voor de militaire gevangenis om zich te vergapen aan een bijzondere gevangene: Maria van Antwerpen. Aan een jarenlang leven als man onder de naam Jan van Ant, aan een militaire loopbaan en een huwelijk met een officiersdochter was een einde gekomen toen bij toeval ontdekt werd, dat Maria eigenlijk een vrouw was. Een tijdgenoot, de jurist F.L. Kersteman die een groot schrijverstalent bezat, tekende haar levensverhaal (vermoedelijk uit haar eigen mond) op in De Bredasche heldinne. Ondanks haar veroordeling ging Maria na enige tijd weer als man leven, nam nogmaals dienst als soldaat en sloot weer een huwelijk. De antwoorden die zij de rechter gaf na haar arrestatie in 1779, zijn bewaard gebleven en opgenomen in deze tekstuitgave. Een vergelijking tussen deze zes rechterlijke verhoren en de literaire biografie van Kersteman kan nieuw licht werpen op de verhouding tussen literatuur en leven in de achttiende eeuw.
'De Egodocumentenreeks is een mooi streven om een voorheen ondergewaardeerde bron in het voetlicht te brengen. De internationale navolging op dit gebied is daar een goed resultaat van.' M. Blaauboer in: Tijdschrift voor Geschiedenis 116 (2003).