De eerste vakvereniging voor katholieke musici was klein en voor een specifieke doelgroep, maar slaagde erin om in de woelige twintigste en eenentwintigste eeuw staande te blijven. In deze cultuurhistorische studie wordt de geschiedenis van de Katholieke Dirigenten en Organisten Vereniging beschreven in de steeds wisselende context van haar tijd, zoals de kerkelijke richtlijnen van het motu proprio (1903) en het Tweede Vaticaans Concilie (1962-1965), de ontwikkeling van het muziekonderwijs, de crisis van de jaren 1930, de Tweede Wereldoorlog en de periodes van wederopbouw, economische groei en ontkerkelijking. Als vakorganisatie op levensbeschouwelijke grondslag behartigde de vereniging zowel de materiële als de immateriële belangen van haar leden. Acties voor betere arbeidsvoorwaarden gingen gepaard met aandacht en inzet voor de verbetering van de muzikale en liturgische kwaliteiten van de musici. Daarbij koesterde de vereniging haar identiteit en verdedigde ze haar autonomie en zelfstandigheid.
'De auteur geeft een correct historisch beeld van de resultaten en kwesties waarmee de KDOV in haar honderdjarig bestaan werd geconfronteerd.' René Verwer in: Het Orgel 114 (2018) 3, p. 45
'Dr. Petra van Langen beschrijft in dit boek, met de treffende titel Verheffing en solidariteit, de soms roerige geschiedenis van een katholieke lekenvereniging die haar weg moest zien te vinden en te behouden binnen de kerkelijke structuren én binnen de wereld van de andere (katholieke of algemene) toonkunstenaarsverenigingen. [...] Het is goed dat de boeiende historie van deze vereniging nu voorgoed is vastgelegd in een fraai uitgegeven boekwerk.' Bert Stolwijk in: Gregoriusblad (2018) 1, p. 22-23
'Goed dat de geschiedenis van de KDOV geboekstaafd is, maar zo’n typisch katholiek onderwerp had een minder calvinistische aanpak verdiend.' Jack van der Leden in: Boekman 115 (2018), p. 58-59
'In dit boek, geschreven ter gelegenheid van honderd jaar KDOV, wordt duidelijk dat discussies over kwaliteit, popmuziek in de kerk, meedoen door leken etc., niet nieuw zijn. Petra van Langen schreef een boek dat een mooi beeld geeft van de ontwikkeling van de katholieke kerkmuziek van de afgelopen eeuw. Maar net als het boek dat zij over de periode daarvoor schreef, Muziek en religie. Katholieke musici en de confessionalisering van het Nederlandse muziekleven 1850-1948, gaat een groot deel over allerlei institutionele zaken. In dit geval onder meer over salarisregelingen voor de kerkmusici. Dat maakt dit boek minder interessant voor geïnteresseerden in de geschiedenis van de kerkmuziek.' Roel Sikkema in: Nederlands Dagblad Gulliver, 16 februari 2018, p. 8
'Door het afnemende kerkbezoek lopen de inkomsten van rooms-katholieke parochies terug en moet er bezuinigd worden. Professionele kerkmusici zjn dan het kind van de rekening. Parochiebesturen verminderen hun uren, korten de salarissen of vervangen hen door vrijwilligers. Ook de Katholieke Dirigentenen Organisten Vereniging (KDOV) verkeert in zwaar weer. Dat beeld schetst dr. Petra van Langen in het boek "Verhefing en solidariteit". Ze onderwerpt daarin de 100-jarige KDOV aan een cultuurhistorisch onderzoek, in de steeds wisselende context van haar tijd.' A.M. Alblas in: Reformatorisch Dagblad 24 januari 2018, p. 11.