Toegevoegd aan winkelwagen
Kijkcijfers
De Amsterdamse Schouwburg 1814-1841
€55,00
Op voorraad in de webshop
Op werkdagen voor 14.00 besteld, dezelfde dag ter post bezorgd. De levertijd is afhankelijk van de postale diensten.
ISBN |
9789065506924 |
Auteur(s) |
H. Ruitenbeek
|
NUR codes |
686
,
694
|
Jaar van uitgave |
2002 |
Druk |
1 |
Bindwijze |
ing |
Aantal bladzijdes |
526 |
Was het negentiende-eeuwse toneel in verval? Geletterde tijdgenoten meenden van wel: na de Bataafs-Franse tijd had het 'beschaafde' publiek plaatsgemaakt voor het 'gemeen'. In plaats van klassieke of classicistische treur- en blijspelen, die aanspraak maakten op het verstand, zag dit publiek het liefst spectaculaire melodrama's, zangspelen en balletten, die de zintuigen prikkelden. Door deze moderne voorstellingen uit de Franse en Duitse 'romantische' school was de schouwburg in een deplorabele staat geraakt. Henny Ruitenbeek stelt dit beeld van de Amsterdamse schouwburg bij. Zij beschrijft de sociale achtergronden van de toeschouwers, de factoren die van invloed waren op het toneelbezoek en verklaart de geringschattende houding van tijdgenoten. Doordat ook andere aspecten van het toneelaanbod en de toneelorganisatie worden behandeld, geeft Kijkcijfers een aardig beeld van de bedrijvigheden achter de schermen.
'De cijfers in de titel verwijzen vooral naaar de recette-inkomsten van het zogeheten kassapubliek. Met behulp hiervan is in dit boek een schat aan gegevens over het toneelaanbod, hun genres en opvoeringsfrequentie en de rangverdeling en bezettingsgraad van de Amsterdamse schouwburg bijeengebracht (...). Door te tellen weet Ruitenbeek veel sjablones door te prikken (...). Helaas slaagt Ruitenbeek er niet in een duidelijk beeld te geven van de samenstelling van het theaterpubliek. (...) Het behoeft geen betoog dat dit boek vernieuwend en veelomvattend is. Niettemin zit dus in "de harde kern" iets onbevredigend. Ik bedoel dit overigens meer als vormkritiek dan als kritiek op het onderzoek, dat uitmuntend is. Het komt mij voor dat het rijke materiaal zich lastig laat persen in het thetische uitgangspunt. (...) Maar na deze leerzame afrekening met de "Whig interpretation" van de Nederlandse theaterwetenschappen lijkt de tijd rijp om de theatervertogen eens vanuit cultuurhistorisch perspectief te herlezen als méér dan enkel toneelrecensies.' Rob van der Laarse in: BMGN 119 (2004) 2.
Aanbevolen bij dit artikel :