Miljoenen Nederlanders zijn sinds 1566 gedoopt na het uitspreken van het doopformulier zoals dat tot op de dag van vandaag achterin menig gereformeerd psalmboek te vinden is. Waar komt dat formulier vandaan? Hoe heeft het zich sinds de eerste publicatie ontwikkeld? Hoe is het opgebouwd? De auteurs van dit boek proberen antwoord te geven op dit soort vragen voor het doopformulier en voor het liturgisch materiaal waarmee het gepubliceerd is en dat tezamen als de Liturgie wordt aangeduid. Zij richten zich daarbij in het bijzonder op het ontstaan en de ontwikkeling van de teksten in de periode tussen 1566 en 1639. Naast het doopformulier betreft dat bijvoorbeeld het formulier voor de bediening van het avondmaal en het formulier voor de bevestiging van een huwelijk. Tevens worden achttien gebeden besproken voor gebruik in de kerkdienst, aan huis en in kerkelijke vergaderingen. De auteurs presenteren per formulier en gebed de liturgische teksten zoals ze in de zestiende en zeventiende eeuw zijn verschenen. In het ene geval is er nauwelijks sprake van ontwikkeling en varianten, zoals bij de bevestiging van predikanten, ouderlingen en diakenen. In het andere geval, zoals in de bede voor de overheid, lijkt het aantal tekstvarianten bijna oneindig. Een overzicht van alle publiek toegankelijke uitgaven in het tijdvak 1566-1639 waarin de Liturgie is opgenomen, en die nu nog behouden zijn, completeert dit naslagwerk.
Over deze serie
Dit boek maakt deel uit van de vijfdelige reeks 'The Dynamics of the Classical Reformed Liturgy in the Netherlands: its Texts and their History', een wetenschappelijk samenwerkingsproject van de Theologische Universiteit Utrecht, de Protestantse Theologische Universiteit en de Theologische Universiteit Apeldoorn. Elk deel behandelt één of meerdere klassieke gereformeerde formulieren uit de 16e en vroege 17e eeuw.
De reeks bestaat uit: (1) Formulieren en gebeden: de teksten en hun dynamiek (2) Het doopsformulier (3) Het avondmaalsformulier (4) Het huwelijksformulier (5) Het formulier om dienaren van het Woord te bevestigen en het formulier voor bevestiging van ouderlingen en diakenen. Ook is een deel over de liturgische geschriften van Marten Mircon in voorbereiding.
'[...] Naast de reeds voltooide en nog af te ronden proefschriften die steeds gewijd zijn aan een van de liturgische formulieren, ligt er nu dit overzichtswerk. Het is een parelketting van nauwgezet en volhardend historisch onderzoek dat alle bekende en onbekende gegevens omvat aangaande de wording, de ontwikkeling
en het gebruik van de formulieren voor de Nederlandse gereformeerde eredienst sinds de jaren 1560. [...] De grote verrassing zit voor mij in de verzameling gebeden. In eerste instantie ben je geneigd die op te vatten als een aanhangsel bij de eigenlijke Liturgie. Al spoedig ontdek je echter hoeveel eigen substantie deze bijna tweehonderd bladzijden tellende afdeling bevat. [...] Wat dat betreft ben ik dankbaar dat de auteurs (een groot aandeel wordt geleverd door Jaco van der Knijff) van De Nederlandse gereformeerde Liturgie deze parels van vroomheid weer onder de aandacht brengen. [...]' - R.T. te Velde in Theologia Reformata juni 2025
'[...] Zaterdag presenteren ze in Utrecht het boek ”De Nederlandse gereformeerde Liturgie 1566-1639”. Daarin wordt niet alleen het geschiedenisverhaal achter elk formulier en gebed verteld, maar is ook de kritische tekst ervan opgenomen. Hoewel het onderzoeksproject, dat in 2019 startte onder de naam ”Dynamiek van de klassieke gereformeerde Liturgie in de Nederlanden”, nog doorloopt, is de uitgave van het boek een mijlpaal. [...]' - Kees van den Brink in Reformatorisch Dagblad 5 dec. 2024, p. 20
'[...] Het is een prachtig werk gebaseerd op grondig onderzoek. [...] Het tweede gedeelte van dit standaardwerk, over de gebeden, is net zo boeiend als het eerste gedeelte. [...] Deze nieuwe onderzoeksstandaardserie verdient een ereplek in iedere studeerkamerbibliotheek van die predikanten en theologen die de gereformeerde traditie en wordingsgeschiedenis daarvan ook maar enigszins een warm hart toedragen.' - Eddy Mul in Groninger Kerkbode jaargang 137-3
Artikel in: Reformatorisch Dagblad 8 maart 2025