Het norbertinessenklooster Sint-Catharinadal in de Staatse periode 1625-1795

Op een van de mooiste plekjes in Oosterhout, de 'Heilige Driehoek', bevindt zich het norbertinessenklooster Sint-Catharinadal. De rijke historie van het klooster begon in 1271, in Vroenhout. In 1295 verhuisden de norbertinessen noodgedwongen naar Breda, waar Sint-Catharinadal ruim 350 jaar het stadsbeeld mede bepaalde. In 1647, tien jaar na de overname van Breda, streken zij neer in het kasteeltje de Blauwe Camer, waar zij tot op de dag van vandaag een contemplatief leven leiden. In deze toegankelijke studie beschrijft Trees Sponselee alle facetten van het dagelijks leven van de norbertinessen, zowel in materieel als in geestelijk opzicht, en hun relatie met de heren van Breda en via hen het Huis van Oranje. Proosten, priorinnen en overige religieuzen waren het lang niet altijd met elkaar eens, maar hadden wel steeds hetzelfde doel voor ogen: het behoud van een zelfstandig Sint-Catharinadal.    

'Het belang van deze studie is gelegen in het feit dat Sponselee een particulier archief heeft mogen benutten en ons daaruit tal van tot nu toe onbekende details presenteert. Zij somt op bijna encyclopedische wijze veel feiten en wederwaardigheden over dit eeuwenlang bestaande vrouwenklooster (...) Daarmee verruimt Sponselee onze blik op het reilen en zeilen in een religieuze gemeenschap in West-Brabant. Hierbij verdient uitdrukkelijk de vermelding dat het Huis van Oranje en zijn voorganger, de Heeren van Breda, een bijzondere band met het klooster had (...) De auteur (...) houdt rekening met het feit dat de meeste lezers niet (meer) bekend zijn met de vele eigen woorden of begrippen, die het kloosterleven telde. Haar uitleg daarbij maakt het boek zeer leesbaar.' Guus Bary in: Tijdschrift voor Nederlandse kerkgeschiedenis, jrg. 7 (2004) 2

Sponselee beschrijft op boeiende wijze alle facetten van het dagelijks leven in dit oudste vrouwenklooster van Nederland: zowel in materieel als geestelijk opzicht'. In: Blad voor katholiek Nederland, jrg. 2 (2004) 12

'Het boek beschrijft in detail het dagelijks leven en bevat ook korte biografieën van alle priorinnen en proosten en een lijst van alle kloosterzusters uit de behandelde periode.' Lauran Toorians in: Katholiek Nieuwsblad, jrg. 21 (2004) 41.