Het Haagse handschrift van heraut Beyeren is uniek in de Lage Landen. Het is een fraai uitgevoerd handschrift, geschreven in een mooie cursiva libraria en rijk verlucht met wapens, deels opgelegd met goud en zilver, een zeer vroeg voorbeeld van een teksthandschrift waarin de verluchting niet louter versiering is, maar wezenlijk deel uitmaakt van de structuur van de tekst. De wapentekens visualiseren macht en legitimiteit van de elkaar opvolgende heersers in de verschillende vorstendommen. Maar vóór alles geeft het Haagse handschrift door zijn inhoud en uitvoering een indruk van de basiskennis en vaardigheden waarover een functionaris van de rang van heraut Beyeren moest beschikken voor de uitoefening van zijn ambt. Als een van de autografen van heraut Beyeren is handschrift 131 G 37 een van de zeldzaam overgeleverde werkdocumenten van een middeleeuws auteur. Ondanks de beperkte omvang van 60 bladzijden biedt het handschrift een wijde blik op de horizon van een middeleeuwse historiograaf. Rijmkronieken, genealogieën, excerpten uit Latijnse kronieken, maar ook uit Tparlement van Troyen, en historische verhalen wisselen elkaar af. De verzameling ontstond in Holland, ten tijde van graaf Willem VI (1404-1417), die met de aanstelling van een heraut Beyeren uitdrukking wilde geven aan zijn status als hertog van Beieren. Hij koos daarvoor een heraut die voordien als heraut Gelre naam had gemaakt met het Wapenboek Gelre. Tot zijn verantwoordelijkheden behoorde ongetwijfeld het op schrift stellen van de Hollandse geschiedenis. Het hier uitgegeven Haagse handschrift, met facsimile in kleur, bevat deels de neerslag van de voorbereidende werkzaamheden van heraut Beyeren voor dit ambitieuze historiografische project.
'Het boek presenteert een mooie combinatie: een diplomatische teksteditie vergezeld van foto's van het gehele handschrift. De foto's zijn bovendien in kleur en van goede kwaliteit; het is een lust om ze te bekijken en de heraldische afbeeldingen te bestuderen. Maar ook om een andere reden zijn ze functioneel: de krititsche lezer die in de diplomatische teksteditie een vreemd woordbeeld tegenkomt, kan zich er moeiteloos van overtuigen dat de editeur inderdaad de juiste transcriptie heeft genoteerd.' Karina van Dalen-Oskam in: Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde 116 (2000) 2, p. 182-183
'Het afdrukken van een volledig facsimile van een handschrift - in kleur nog wel - is niet voor de hand liggend in een editiereeks als de MVN. Maar de hierboven reeds genoemde heraldische wapens in het handschrift vragen natuurlijk wel om afbeeldingen. Die wapens worden in de bijlagen bovendien nog voorzien van een korte heraldische toelichting en wat - overigens nogal disparate - dynastiek-genealogische informatie. Dit facsimile is een novum binnen de reeks waar niemand bezwaar tegen zal hebben. (...) Al met al mag deze fraaie uitgave van het Haagse handschrift van heraut Beyeren een welkome uitbreiding van de reeks genoemd worden.' Geert H.M. Claassens in: Leuvense Bijdragen 89 (2000), p. 490-493
Verder gesignaleerd in: Belgisch Tijdschrift voor Filologie en Geschiedenis (2001) 4, p. 1441-1442; Germanistik 43 (2002) 1/2, p. 242; The Year's Work in Modern Language Studies 61 (1999), p. 778; Genealogie 7 (2001) 3, p. 89-90; Spiegel Historiael 35 (2000) 7/8, p. 326; Queeste 7 (2000) 3, p. 175; Heraldisch Tijdschrift 6 (2000), p. 23; Scriptorium (2001) 1, p. 58-59; NRC Handelsblad, 15-01-2000; Holland 33 (2001) 4, p. 279-280; Literatuur (2000) 6, p. 379; Medioevo Latino 23 (2001), p. 852-853; Cd-rom Leesidee 2000-2005.