De geschiedenis van de Middeleeuwen aan de Groningse Universiteit 1614-1939

'Het is hier geen École des Chartes', schreef de historicus Johan Huizinga in 1908 vermanend aan Michael Schoengen, privaatdocent in de paleografie en diplomatiek aan de Rijksuniversiteit Groningen. Hij bedoelde hiermee te zeggen, dat in Groningen niet de nadruk moest liggen op de door Schoengen gedoceerde hulpwetenschappen, maar op een politieke en cultuurhistorische bestudering van de geschiedenis. Vanuit dit standpunt is in de loop der jaren steeds onderzoek verricht naar het middeleeuwse verleden, zoals blijkt uit De Geschiedenis van de Middeleeuwen aan de Groningse Universiteit 1614-1939. Deze bundel opent met een informatieve inleiding over onderwijs en onderzoek met betrekking tot de Middeleeuwen vanaf de stichting der Groninger Universiteit in 1614 tot in 1876, toen de wet op het Hoger Onderwijs tot stand kwam. Daarna volgen vijf opstellen waarin beschreven wordt hoe P.L. Muller, P.J. Blok, M. Schoengen, J. Huizinga en I.H. Gosses in hun Groningse periode aandacht hebben besteed aan de Middeleeuwen. In een nabeschouwing wordt de beoefening van de middeleeuwse geschiedenis te Groningen geplaatst in een Nederlands perspectief.