'Sommige zoekwegen worden niet ingeslagen, want zelfds de receptie van een in het oeuvre van Lipsius minder opvallend werk is veelomvattend, ook omdat in dit proces natuurlijk al de andere werken van Lipsius meespelen, en deze werken dan steevast tegen de werken van tijdgenoten en voorgangers worden afgezet. De Bom laat goed zien hoe latere auteurs overgingen tot een ingrijpende adaptatie die door hun nationale, religieuze en politieke achtergrond werd bepaald. Daarbij fungeert voor hem de Italiaanse denker Niccolò Machiavelli vaak als toetssteen. [...] een belangrijke, gedegen en goed leesbare publicatie.' Henk Nellen in: Tijdschrift voor Geschiedenis 125 (2012) 2, p. 272-273
‘Dat belet hem evenwel niet de auteurs naar wie hij kijkt, in zeer hoge mate in hun eigen termen te bestuderen en volledig recht te doen; zijn belangstelling is zeker niet alleen maar voor sporen van Lipsius. Integendeel zelfs! Niet zelden is een mogelijke associatie met Lipsius voldoende reden om een auteur uitgebreid aan de orde te stellen. […] Aan dat inzicht voegen alle zijpaden nauwelijks iets toe. In dit schijnbare verwijt liggen echter twee complimenten besloten: ten eerste is het in een verslag van een onderzoek zowel moedig als zuiver om ruimschoots aandacht te besteden aan bewandelde paden die niet van directe waarde voor het uiteindelijke betoog blijken. Wat De Bom gelukkig niet heeft gedaan, is in al zijn materiaal schichtig naar invloeden van Lipsius te zoeken om de inclusie ervan in deze studie te legitimeren – voor een studie die de Monita als vertrekpunt neemt, is opvallend vaak te lezen dat ergens “op geen enkele manier enige invloed van Lipsius of zijn Monita et exempla politica te bespeuren” is (295). Dat is een verademing: er wordt nooit méér geclaimd dan waargemaakt kan worden. Ten tweede zijn strikt overbodige zijpaden daarmee nog geen oninteressante zijpaden. De Bom is in die zin zelf een humanistische auteur, wiens deugden niet liggen in conceptuele of analytische striktheid maar in de geduldige en minutieuze bestudering en interpretatie van teksten, omdat die bezigheden vanzelf lonend zullen zijn. […] Zo helpt Geleerden en politiek de lezer wel degelijk, zich een beeld te vormen van politiek denken in de vroegmoderne Nederlanden, op basis van een grote rijkdom aan op toegankelijke wijze besproken materiaal; en bovendien in het vertrouwen dat De Bom dat materiaal recht heeft gedaan. Zoals een humanist past.’ Jeroen Bouterse op: www.historischhuis.nl/recensies, 24-11-2011; Reformatorisch Dagblad 16-09-2011, p. 11.