'Ten eerste verricht Dera hier absoluut pionierswerk. De auteur herhaalt het terecht meerdere keren tijdens zijn studie: nog nooit eerder is er zo uitgebreid en zo grondig onderzoek gedaan naar literatuurkritiek op radio en televisie. Dera ontsluit dan ook een grote rijkdom aan archiefmateriaal. Ten tweede, en daarmee samenhangend, maakt Dera de gelukkige keuze om zich niet te concentreren op enkele case studies, maar in plaats daarvan deze periodes in de volle breedte te beschrijven. Zo ontstaat een compleet overzicht, waarbij Dera vooral bij televisie schakelt tussen de grote lijnen van de ontwikkeling van de literatuurkritiek in deze media en een aantal zeer scherpe close readings van specifieke uitzendingen. Hij doet dat in uiterst leesbaar proza.' Sjoerd-Jeroen Moenandar in: TNTL 134 (2018) 3
'De grote waarde van het onderzoek ligt in de ontsluiting van de rijkdom en de complexiteit van de literatuurkritiek op radio en televisie. Dera is erin geslaagd dit ondergeschoven kindje van de literaire kririek recht te doen.' Wilbert van Walstijn in Vestdijkkritiek, p. 66-69; 'Zowel vanuit literatuur- en mediahistorisch als cultuurwetenschappelijk perspectief vult Sprekend kritiek een hiaat in het onderzoek.' Cyrin de Beun in: Vooys 36 (2018) 1, p. 84-87
'Sprekend kritiek provides us with a first, very informative step in the right direction. That is the reason why possible weak points in this book – it touches upon a wide variety of different issues, presents us with a lot of disparate case studies, and tackles many different problems – eventually turns out to be its great strength. We know so little about the media presence of our most important writers that Sprekend kritiek proves to be a much-needed exploration that should stimulate us to do further research.' Sander Bax in: Journal of Dutch Literature 8 (2017) 2, p. 79-82
'Misschien wel het interessantste verschil is dat met de ontwikkeling van literaire radio- naar televisieuitzendingen het accent langzaam verschuift van tekst naar auteur. Dat lijkt een ontwikkeling die in de omgang met literatuur nog steeds gaande is. Het maakt nieuwsgierig naar hoe literatuur op radio en televisie zich na de door Dera onderzochte periode heeft ontwikkeld. Het is dan ook te hopen dat de uitstekende geschiedschrijving die in Sprekend kritiek begonnen is met de eerste boekenrubrieken op de radio in 1928, ooit wordt doorgetrokken naar VPRO Boeken of De Wereld Draait Door anno 2017.' Bjorn Schrijen in: Boekman 113 (2017), p. 62-63
'Op dit moment lees ik Sprekend kritiek van literatuurwetenschapper Jeroen Dera over literatuurkritiek op de radio voor de Tweede Wereldoorlog en televisieprogramma’s over literatuur tot 1975. Dera heeft honderden feitjes boven water gehaald en in schema’s gezet, waardoor mijn beeld over de vooroorlogse literatuur nog completer wordt. Zo laat hij prachtig zien welke schrijvers in die zwaar verzuilde tijd het meest besproken werden voor de radio. Bij de liberaal-conservatieve AVRO zijn dat Arthur van Schendel en Herman de Man, bij de protestants-christelijke NCRV ook Arthur van Schendel en daarnaast J.H. Eekhout, bij de roomse KRO Antoon Coolen en Anton van Duinkerken en bij de socialistische VARA Willem van Iependaal en A.M. de Jong. Iedere zuil zijn eigen boeken en besprekers. Dera onderzoekt ook wie de boeken uitzoekt, wie er spreekt voor de radio, welke invloed die praatjes hadden en ik vind dat allemaal ongelooflijk fascinerend.' Coen Peppelenbos in: Dagblad van het Noorden, 26 augustus 2017
'Dera beschrijft in dit boek […] twee perioden in de Nederlandse omroepgeschiedenis: de radio voor de Tweede Wereldoorlog en de televisie in de jaren erna, tot 1975. Voor beiden heeft hij nauwkeurig geconstrueerd welke specifiek literaire programma’s er werden gemaakt, wie er bij betrokken waren, welke schrijvers besproken werden, enzovoort. Er is uit die "vroege jaren" van de omroep nauwelijks beeld of geluid over, want radio en tv maakte je duidelijk niet voor de eeuwigheid, maar met name bij de radio bestond de inhoud van de programma’s meestal uit voorgelezen tekst, al was het maar omdat het materiaal voor uitzending naar een censuurcommissie moest. Die schriftelijke versie is soms gearchiveerd, zodat Dera toch een aardig beeld weet te geven van wat er op de radio zoal werd verteld.' Marc van Oostendorp op: neerlandistiek.nl, 17 juli 2017
'De radiokritieken van P.H. Ritter jr (boekbespreker bij de AVRO tussen 1928 en 1957!) werden zelden tot de literaire kritiek gerekend. In zijn eigen tijd was dat niet anders. In 1935 trok Menno ter Braak van leer tegen "de voorzanger der luistervinken op litterair gebied". Ritter trachtte objectief te zijn en hield rekening met zijn publiek – "het waardenstelsel van de middenstand", aldus Ter Braak. Dat er veel meer te zeggen valt over de aandacht voor literatuur op radio en televisie, laat het onderzoek zien waarvoor neerlandicus Jeroen Dera (1986) zich in de vaderlandse omroeparchieven ingroef. Op 14 juni jongstleden promoveerde de auteur in Nijmegen op Sprekend kritiek, een genuanceerde receptiegeschiedenis.' Arjan peters in: de Volkskrant, 1 juli 2017.