Toegevoegd aan winkelwagen
De derde orde van Sint-Franciscus in het middeleeuwse bisdom Utrecht
Een bijdrage tot de institutionele geschiedenis van de Moderne Devotie
€45,00
Op voorraad in de webshop
Op werkdagen voor 14.00 besteld, dezelfde dag ter post bezorgd. De levertijd is afhankelijk van de postale diensten.
ISBN |
9065509208 |
Auteur(s) |
Hildo van Engen
|
NUR codes |
684
,
704
|
Jaar van uitgave |
2006 |
Druk |
1 |
Reeks |
Middeleeuwse Studies en Bronnen
|
Nummer in reeks |
95 |
Bindwijze |
geb |
Aantal bladzijdes |
488 |
In de late Middeleeuwen telde het bisdom Utrecht meer dan honderdvijftig gemeenschappen van de derde orde van Sint-Franciscus. Het merendeel hiervan was aangesloten bij het Kapittel van Utrecht en kan worden gerekend tot de religieuze hervormingsbeweging van de Moderne Devotie. Het is de meest omvangrijke groep kloosters die de Nederlanden ooit hebben gekend. Hildo van Engen beschrijft de geschiedenis van dit Utrechtse Kapittel en zijn conventen en laat zien hoe in de vijftiende eeuw de levenswijze van de tertiarissen steeds strenger werd, onder andere door de invoering van de monastieke geloften en het kloosterslot. De derde franciscaanse orde in het bisdom Utrecht wordt gekarakteriseerd als een vroege uiting van het laatmiddeleeuwse streven naar monastieke observantie, een streven dat zich uiteindelijk in vrijwel alle kloosterorden zou manifesteren.
In verschillende dagbladen gesignaleerd naar aanleiding van het ontdekken van twee brieven van Geert Grote (ANPbericht juni 2006). 'De auteur is erin geslaagd om over een zeer complex onderwerp een helder en gestructureerd boek te schrijven. [...] De geschiedenis van een van de belangrijkste middeleeuwse religieuze bewegingen in het bisdom Utrecht begint eindelijk de aandacht te krijgen die ze verdient.' Martine de Bruijn in: Recensiebank historischhuis.nl. 'Zijn nauwkeurig onderzoek van vooral normatieve bronnen doet verlangend uitzien naar vervolgstudies'. Rudolf Th.M. van Dijk in: Trajecta 16 (2007) 3
'Von der grossen Fülle der ausgewerteten vorwiegend normativen une diplomatischen Archivalien zeugen nicht nur die detailreiche Darstellung, sondern auch die Anhänge, die Handschriftenbeschreibungen, Personallisten, eine Übersicht über die Generalkapitel, eine Statutenkonkordanz und die Edition des Statutenkapitels über die Visitationen aufweisen.' Letha Böhringer in: Deutsches Archiv für Erforschung des Mittelalters 63, 1
'Een editie van al dat materiaal is in voorbereiding; de vorderingen zijn te volgen via de website www.bkvu.nl waarop alle uitgaven die reeds af zijn integraal beschikbaar worden gesteld. Ze geven een goede indruk van de grondigheid en het meesterschap waarmee Van Engen zijn onderzoek heeft uitgevoerd. Het boek zelf is strak gecomponeerd en goed geschreven. [...] Door de volledigheid en technische perfectie waarmee Van Engen alles rond zijn eigenlijke onderwerp heeft behandeld, gaat kritiek zich al gauw richten op dingen die ontbreken, niet omdat de auteur ze over het hoofd zag maar omdat hij ze om praktische redenen uitsloot. Begrijpelijk maar ook jammer omdat de brede blik nu soms ontbreekt.' P.C.M. Hoppenbrouwers in: webrecensie behorende bij Bijdragen en Mededelingen betreffende de Geschiedenis der Nederlanden 122 (2007) 4
'De hele studie is aangenaam lees- en consulteerbaar dankzij de heldere structuur en de logische opbouw. Ook inhoudelijk geeft het een volledig en coherent beeld van de oorsprong en de evolutie van de tertiarissen van het bisdom Utrecht en leidt het tot een herwaardering van deze orde. Het is bijgevolg een onmisbaar werk voor al wie een bijzondere interesse heeft voor de geschiedenis van de derde franciscaanse orde.' Valerie Vermassen op: contactgroepsignum.eu.; 'Dieser Aspekt leidt in den Kapiteln 6 und 7 zum m. E. wichtigsten Ergebnis dieser fundamentalen Studie über, zur stetig fortschreitenden Statusänderung der Drittordenshäuser hin zu strengerer Regulierung, zur Annahme von Ordensregeln und Klausur, zur Profess auf die vota substantialia von Armut, Keuschheit und Gehorsam und schliesslich zum Übertritt der Häuser in andere Orden. Dieser Prozess [...] umfasst gleichermassen institutionelle und spirituelle Aspekte des Tertiarentums. [...] Die Konsequenzen dieser Entwicklung sinds bislang noch nicht abschliessend betrachtet worden; van Engens Buch markiert auch hier einen fundamentalen Erkenntnisfortschritt. [...] Angesichts dieser reichen Fülle an übersichtlich dargestellten und treffend bewerteten Ergebnissen muss die Studie van Engens zweifellos als ein künftiges Standardwerk betrachtet werden, das einen allzu lange vernachlässigten Aspekt der Devotio moderna verdientermassen wieder ins Licht der Forschung rückt.' Bertram Lesser in: Rheinische Vierteljahres Blätter 72 (2008), blz. 312-314
Verder gesignaleerd in: Geschiedenis Magazine (2006) 7, p. 58; Archievenblad 111 (2007) 8.
Aanbevolen bij dit artikel :