Doopsgezinde Bijdragen, nieuwe reeks 44 (2018)

Nina Schroeder analyseert aan de hand van schilderijen de doperse opvattingen over het landschap. De door Francesco Quatrini beschreven relatie tussen Adam Boreel en John Dury is een voorbeeld van grensverkeer tussen verschillende confessionele groeperingen. Ruud Lambour doet verslag van zijn onderzoek naar Amsterdamse doopsgezinden in de Gouden Eeuw. Adriaan Plak beschrijft twee boekbanden om vroegzeventiende-eeuwse doperse uitgaven. Simon Vuyk geeft twee brieven van Marten Martens uit en Astrid von Schlachta beschrijft de initiatieven van Duitse dopers om hun geschiedenis toegankelijk te maken.    

Inhoud: MIRJAM VAN VEEN, Redactioneel   Artikelen: NINA SCHROEDER, ‘Heerlijck beplantte Boomgaerden als Paradijsen’. Natuur en beeldende kunst bij doopsgezinden in de Republiek der Nederlanden   FRANCESCO QUATRINI, Adam Boreel (1602-1665) en John Dury (1600-1680): Nederlands-Engelse pogingen om kerkelijke eenheid te bereiken   ASTRID VON SCHLACHTA, Dopersporen. Doperse geschiedenis: zichtbaar en tastbaar   RUUD LAMBOUR, Het sterfjaar van Dirck Jacobsz Leeuw herzien: niet 1652 maar 1664   RUUD LAMBOUR, Met Von Uffenbach in 1711 op bezoek in Amsterdam bij acht doopsgezinde verzamelaars van kunst, boeken, penningen en naturalia   ADRIAAN PLAK, Twee zilveren boekbanden   SIMON VUYK, Leve de Bataafse Republiek! Brieven van de doopsgezinde student Marten Marens uit 1794 en 1795   Recensies   Signalement   Personalia auteurs