'In zeven hoofdstukken wil het boek, volgens de inleiding, de bestaande literatuur over de Markt ontstijgen door niet alleen aandacht te schenken aan de, al dan niet verdwenen, architectuur. De gebouwen en het plein zelf vormen de invalshoek voor de beschrijving van de Markt als menselijke ontmoetings- en werkplek. Dat is de vijf auteurs in zeven hoofdstukken goed gelukt in een prettig leesbaar en fraai geïllustreerd boek. [...] Dit boek bevat kortom alles voor de liefhebber van de Arnhemse geschiedenis: prachtige kleurenafbeeldingen en een goed leesbaar verhaal waarin persoonlijke gebeurtenissen worden verbonden met bredere historische fenomenen. Handzame, wetenschappelijk verantwoorde overzichten gaan vergezeld van verrassend nieuw bronmateriaal dat aangename anekdotes oplevert.'jan de Vries in: Bijdragen en mededelingen. Historisch jaarboek voor Gelderland 109 (2018), p. 203-206
'In dit boek vertellen zeven bijdragen de integrale geschiedenis van de Arnhemse Markt. Het is een fraai en functioneel geïllustreerde en rijk geannoteerde stadsgeschiedenis met veel aandacht voor de gebouwen, de handel op de markt, de rechtspraak en uiteraard de mensen die een stad maken. Verrukkelijk is het hoofdstuk over de vele bezoekers van de Markt.' Henk Slechte in: Geschiedenis Magazine 53 (2018) 6, p. 61
'De bedrijvigheid op marktpleinen in het verleden kunnen we ons maar moeilijk voorstellen. Tegenwoordig kopen we eerste levensbehoeften vaak in de supermarkt en bestellen we andere zaken via Internet. Vaak hebben de pleinen nu meer een toeristische bestemming gekregen met de vele terrasjes die er verschenen zijn. Het boek De Markt van Arnhem laat de vele aspecten verbonden aan dit marktplein zien. Over de waren die men er ooit kon kopen, van kruidkoeken, potten en pannen naast groente, vis, boter, kaas en eieren. Maar er was ook veel vertier met straattoneel en openbare terechtstellingen. Een boeiende geschiedenis. [...] Paul van Lunteren beschrijft de komst van hoogwaardigheidsbekleders naar Arnhem (pp.139-161). Zo ontving men in 1549 Filips II. Het Arnhems stadsbestuur stuurde eerder een bode naar Zutphen om te kijken hoe ze de hooggeboren vorst daar ontvingen. Napoleon deed de stad aan in 1811. Beambten hadden zich in hun beste pak gehesen. Het werd een bliksembezoek waarbij de keizer bar weinig interesse toonde voor de ondernomen moeite. Deze fout zal ik niet maken. De schrijvers hebben zich moeite getroost om een aantal bijdragen te schrijven. Ze zijn steeds prettig geschreven en het werk is prachtig geïllustreerd.' Drs. Aron de Vries via: historischhuis.nl, april 2018.