Meteorologische waarnemingen en weersverwachtingen zijn van groot militair belang. Het is dan ook niet verwonderlijk dat vrijwel direct na de capitulatie het KNMI een Duitse leider kreeg die ervoor moest zorgen dat geen informatie in handen van de geallieerden kon komen. De K van Koninklijk moest verdwijnen, operationele taken werden verboden, maar onderzoek mocht worden voortgezet. De dagelijkse weersverwachting in de krant verdween op 10 mei 1940 en kwam pas weer terug op 14 augustus 1945. Dit boek beschrijft deze uitzonderlijke periode uit de geschiedenis van het KNMI. Ook geeft het boek een unieke analyse van de weerssituatie rond de invasie in Normandië door recent opgedoken weerkaarten en het laat het enorme verschil zien in meteorologische informatie waarover Duitsers en Geallieerden beschikten. De vraag of KNMI met de bezetter heeft meegewerkt krijgt speciale aandacht. Na de bevrijding was een deel van het personeel kritisch over de houding van de Directie tegenover de Duitse leiding. Maar ook de naoorlogse zuivering, die tot enkele berispingen leidde, werd gewantrouwd.
Dat niettemin het KNMI in korte tijd zijn taak in de Nederlandse samenleving weer kon vervullen, is te danken aan de nieuwe hoofddirecteur prof. dr. F. Vening Meinesz die in mei 1945 de leiding van het Instituut op zich nam. Hij is in staat geweest het vertrouwen van het personeel te herwinnen en samen met zijn directieleden het KNMI weer op te bouwen.
'[...] In het boek met de toepasselijke hoofdtitel Zwaar weer reconstrueren Kees Dekker en Fons Baede niet alleen de oorlogsgeschiedenis van het instituut, maar beschrijven ze ook taken en werkwijze van het KNMI in de jaren dertig, de naoorlogse zuivering (het was voor sommige leidinggevenden lastig om afstand te houden tot enthousiaste Duitse vakgenoten) en de wederopbouw. [...]' - Maurice van Lieshout in Tijdschrift Oud-Utrecht april 2022, p. 27
'[...] Kees Dekker en Fons Boode – beiden gepensioneerde KNMI’ers – portretteren de activiteiten en de werknemers (destijds ongeveer tachtig) op het KNMI en lokale waarnemingsstations elders in Nederland, zoals Vlissingen en Den Helder, voor, tijdens en na de Tweede Wereldoorlog. [...]' - Ben de Pater in Geografie mei 2022, p. 45
'[...] Toch heeft het KNMI (Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut) tijdens de bezettingsjaren gewoon doorgedraaid, als onderdeel van de Duitse Wehrmacht, natuurlijk zonder de K in de naam. Over die jaren gaat dit boek van Fons Baede en Kees Dekker (voormalig inwoner van Reduzum), die na de oorlog bij het instituut in De Bilt, provincie Utrecht, hebben gewerkt. Een andere oud-collega, Jacques van Gorp, had al veel onderzoek gedaan met het idee zo’n boek te schrijven, maar dat voornemen was blijven steken in zijn perfectionisme en zijn hang naar details. Dekker en Baede hebben als echte sneupers ook de neiging zeer gedetailleerd te worden, maar hun boek verscheen wel, kort voor de kerstdagen. Hun weerkundige achtergrond is zonneklaar – pas op pagina 89 leggen ze de lekenlezer uit wat synoptische waarnemingen eigenlijk zijn (gelijktijdige weermetingen over een groot gebied). Dat neemt niet weg dat het een beschrijving is van een relatief onbekend stuk van de Nederlandse bezettingsgeschiedenis. [...]' - Asing Walthaus in Leeuwarder Courant januari 2022
Vermeld in: NOS nieuwsbrief jan. 2022