'Dit boek biedt een unieke inkijk in een intieme relatie tussen twee professionele Nederlandse vrouwen (1891-1911). [...] Je merkt in de inleiding duidelijk dat de auteurs hebben gepoogd om de bredere context weer te geven waarin de twee dames leefden en werkten.[...] De rijkdom van de brievencollectie wordt duidelijk aangetoond en de uitgevers reiken verschillende interessante invalshoeken aan voor verder onderzoek op het corpus. Bovenal is het enthousiasme waarmee beide uitgevers over de brieven spreken aanstekelijk. [...]' - Hannelore Franck in Volkskunde 2022/2, p. 233-236
'[...] Vooral door de continuïteit van haar berichten geeft dit boek een bijzonder gedetailleerde kijk in haar sociale leven; over haar innerlijke leven schreef ze - vooral in de latere brieven - weinig.[...] Tineke van Loosbroek en Jan de Vries hebben de brieven zorgvuldig bezorgd. [...] Het resultaat smaakt naar meer. De noten en de biografische aantekeningen bieden de lezer zicht op het uitgebreide netwerk van Betsy. De vele foto’s – gemaakt en ontwikkeld door Betsy zelf – brengen de brieven tot leven. En natuurlijk zijn er ook afbeeldingen van haar schilderijen. De uitgebreide inleiding geeft de lezer voldoende bagage om de brieven op waarde te schatten en ook weer niet te veel, zodat je als lezer een tamelijk onbevangen tocht door Betsy’s leven kunt maken. [...]' - Fia Dieteren in Vereniging voor Gendergeschiedenis december 2021
'[...] Het lijvige boek is een fantastische bron voor ieder die geïnteresseerd is in vrouwenlevens in de late 19de eeuw. De brieven laten zien hoe niet aIleen Repelius maar ook de vrouwen in haar netwerk zich staande wisten te houden in de kunstwereld waarin zij een uitzondering waren, en hoe ze zichzelf wisten te ontwikkelen. [...] - Marieke Dwarswaard in Holland sept 2021
Vermeld in: Amstelodamum 2-2022, p. 112-114