[=Themanummer Textielhistorische Bijdragen 40 (2000)]
Dit boek is uitverkocht.Kant werd oorspronkelijk gebruikt om een smalle versiering van de rand van een voorwerp aan te duiden. Pas eind zestiende eeuw kreeg het de huidige, nauwere betekenis. Sinds de zeventiende eeuw wordt de term gebruikt voor textielstructuren die ofwel gevlochten zijn op een kantkussen, ofwel met naald en draad vervaardigd. Hoogstwaarschijnlijk werden beide technieken ontwikkeld ten behoeve van de versiering van linnengoed en lingerie met opengewerkte tussenzetsels en randen. Onder de noemer passement - een woord dat in veel Europese talen voorkomt - zijn heel veel randversieringen en technieken te vatten: galons, linten, franjes en sierelementen als pomponnen, kwasten en sierknopen. Passement kan van allerlei grondstoffen gemaakt worden en kende tal van toepassingen in de aankleding van interieurs (meubels, kussens, behangsels, voorhangen, gordijnen), in de ambtskledij van geestelijken, magistraten en militairen en in de modieuze kledij van dames en heren.
Inhoud: SIEBE ROSSEL, In memoriam Adriaan Buter MARGRIET WINKELMOLEN, Publicaties Adriaan Buter FRIEDA SORBER, Wat is kant? Wat is passement? FRIEDA SORBER, Passement in de Zuidelijke Nederlanden MARGUERITE COPPENS, Campane, entoilage en andere mignonettes. Enkele voorbeelden van de complexiteit van de kant-terminologie BIX SCHIPPER-VAN LOTTUM, Kant, passement, galon en franje. Advertenties en berichten in de Amsterdamse Courant 1672-1764 PATRICIA WARDLE, Lace in 18th-century Amsterdam in the light of a bankruptcy of 1735 PATRICIA WARDLE, 'As many types of old hand-made lace as possible'. Three lace collections made in the Netherlands in the twenties and thirties GIEL VAN HOOFF, Pittoresk handwerk. De Belgische kantnijverheid begin 20e eeuw op prentbriefkaart NELE BRACKE, Kant in Vlaanderen omstreeks 1900. De laatste bloeiperiode van een huisnijverheid HANNEKE OOSTERHOF/JAN ESMAN, De Haagse Passementfabriek Brandenburg. Terugblik door een eigenaar TUUK STAM, Kant in het kerkelijk modebeeld - statussymbool of frivoliteit? NARGRIET WINKELMOLEN, Nieuwe textielhistorische literatuur